Blog

De fysiologische effecten van stoelmassages

19 februari 2024

Massagetherapie wordt steeds meer erkend vanwege het potentieel om welzijn en gezondheid te bevorderen bij verschillende klinische aandoeningen. Onderzoek suggereert dat massage effectief kan zijn bij het bevorderen van ontspanning, cognitieve prestaties en stemming, terwijl het ook significant stresshormoonniveaus en symptomen van angst kan verminderen, vooral bij gezonde personen. Bovendien is massage in verband gebracht met positieve effecten, zo is het geassocieerd met een verhoogde immuunfunctie, vooral bij mensen met een verzwakt immuunsysteem. Ook kent stoelmassagetherapie een aantal meetbare fysiologische effecten, die invloed hebben op (de perceptie van) stress en alertheid. 

Onderzoek voor en door professionals

Eén studie, bekend als The Chair Project (TCP), beoogde de effecten van mechanische massagesessies in een massagestoel op de waargenomen stress, bloeddruk en hartslag bij ambulante kankercentrum-geregistreerde verpleegkundigen en gevorderde praktijkproviders te onderzoeken. Het project was gebaseerd op het theoretisch kader van de benadering van een ander onderzoek, gericht op inspiratie, infrastructuur, onderwijs en evaluatie (I2E2). Het project omvatte het creëren van een aangewezen kamer met een massagestoel, waar verpleegkundigen sessies konden boeken via een gedeelde kalender. Ze kregen de opdracht om hun waargenomen stressniveau voor en na de sessie vast te leggen op een visuele analoge schaal (VAS), evenals hun bloeddruk en hartslag met behulp van een polsmanchetapparaat. Uit de studie bleek dat er een significante afname was in de waargenomen stress van verpleegkundigen na stoelmassages, die ook gunstige (meetbare) effecten op bloeddruk en hartslag bleken te hebben. Daarnaast hadden verpleegkundigen die afspraken inplanden een grotere verbetering in de waargenomen stress in vergelijking met degenen die spontane sessies hadden. Het project werd goed ontvangen, met 50% van de kankercentrumverpleegkundigen die gebruik maakten van de massagestoel, wat wijst op een hoog niveau van investering en deelname. 

Een ander onderzoek bestudeerde de mogelijke voordelen van massagetherapie op alertheid en prestaties. Dit onderzoek vergeleek de resultaten van massagetherapie met een ontspannings-controlegroep. De massagetherapie werd gegeven door professionele masseurs gedurende 15 minuten per dag, 2 dagen per week gedurende 5 weken. De proefpersonen waren volledig gekleed en zaten in een massagestoel, waarbij een standaard Zweedse massageprocedure werd gebruikt. Uit het onderzoek bleek dat massagetherapie resulteerde in significante verminderingen in zelfgerapporteerde depressie, toestandsangst en cortisolniveaus. Het bevorderde ook de prestaties op rekenkundige taken. EEG-gegevens toonden aan dat massagetherapie leidde tot een toename van delta-activiteit (indicatief voor ontspanning) en een afname van alfa- en bèta-activiteit (indicatief voor verhoogde alertheid), terwijl de ontspanningscontrole groep een toename in alfa- en bèta-activiteit vertoonde (indicatief voor slaperigheid). Het onderzoek concludeerde dat massagetherapie de alertheid en prestaties kan verbeteren. 

Tot slot vond een aparte studie met 20 gezonde volwassenen dat massagetherapie met matige druk de vagale activiteit verhoogde, terwijl massage met lichte druk de activiteit van het sympathische zenuwstelsel verhoogde. De vagale activiteit is een teken van een verhoogde ontspanning en herstel in het lichaam. Dit kan gunstig zijn voor het verminderen van stress, het verbeteren van de stemming en het bevorderen van alertheid en prestaties. De effecten van massage waren het meest uitgesproken tijdens het eerste deel van de massage en keerden terug naar basale niveaus aan het einde van de sessie. De bevindingen suggereren dat massagetherapie onmiddellijke fysiologische effecten kan hebben en mogelijk effectiever is in korte, herhaalde sessies dan in lange, onregelmatige sessies. Al met al benadrukken deze bevindingen het potentieel van massagetherapie als een therapeutische interventie voor verschillende aandoeningen, met een focus op de fysiologische effecten op het autonome zenuwstelsel. 

Conclusies

De bevindingen van verschillende studies suggereren dat massagetherapie aanzienlijke voordelen kan hebben voor stressreductie en welzijn bij kantoormedewerkers en andere werkende professionals. Massagetherapie, in het bijzonder stoelmassages, lijkt effectief te zijn in het verminderen van de waargenomen stress, bloeddruk en hartslag, terwijl het ook positieve effecten heeft op de stemming en cognitieve prestaties. Deze voordelen zijn gedeeltelijk te danken aan de verhoogde vagale activiteit die massagetherapie kan veroorzaken, wat een indicatie is van verhoogde ontspanning en herstel in het lichaam. Het is echter belangrijk om op te merken dat verdere studies nodig zijn om de langetermijneffecten van massagetherapie op stress en welzijn volledig te begrijpen, evenals om de specifieke mechanismen achter de therapeutische effecten van massagetherapie te ontrafelen. Niettemin, op basis van het beschikbare bewijs suggereert massagetherapie een veelbelovende aanvulling te zijn op de bestaande benaderingen voor stressmanagement en welzijn op de werkplek. Het integreren van stoelmassages als onderdeel van de kantooromgeving kan niet alleen de werkomgeving verbeteren, maar ook de algehele gezondheid en het welzijn van kantoormedewerkers bevorderen. 

Bronnen: 

  1. Moderate Pressure Massage Elicits a Parasympathetic Nervous System Response. (2024). International Journal of Neuroscience. https://www.tandfonline.com/doi/abs/10.1080/00207450802329605 
  1. Mary Ellen Hand, Margolis, J., & Staffileno, B. A. (2019). Massage Chair Sessions: Favorable Effects on Ambulatory Cancer Center Nurses’ Perceived Level of Stress, Blood Pressure, and Heart Rate. Clinical Journal of Oncology Nursing23(4), 375–381. https://doi.org/10.1188/19.cjon.375-381 
  1. Massage Therapy Reduces Anxiety and Enhances Eeg Pattern of Alertness and Math Computations. (2024). International Journal of Neuroscience. https://www.tandfonline.com/doi/abs/10.3109/00207459608986710